De muiterij op de Bounty

Het zal nog wel een poosje duren eer we in dit ‘vrije’ land ’s avonds veilig over straat kunnen. In de populistische newspeak die op NU.nl de boventoon voert, bleek met de oorspronkelijke juridische basis van de avondklok uiteindelijk ‘niks mis’. Sommige ‘reaguurders’, op wier bevattingsvermogen dergelijke jip-en-janneketaal afgestemd is, gingen in hun jubelende adhesiebetuigingen nog een stap verder. Mensen moeten gewoon doen wat de kapitein zegt, vonniste zo’n zelfbenoemd staatsrechtsgeleerde kordaat. ‘Führer, wir folgen dir!’, heette dat vroeger. Alhoewel ik betwijfel of de spreker zulke achtergrondkennis paraat heeft.

Opmerkelijk is dat een andere deskundige op dit terrein, de Leidse hoogleraar Voermans, tot een diametraal tegenovergesteld oordeel kwam. Naar zijn mening was het gebruik dan wel misbruik van de Wet buitengewone bevoegdheden burgerlijk gezag, zoals dat paskwil officieel heet, broddelwerk van de benedenste plank. Voor dit standpunt valt wel iets te zeggen, want genoemde wet is bedoeld voor toepassing in onverwachte specifieke noodsituaties. Denk aan een watersnoodramp, een terroristische aanslag of een vuurwerkopslag die midden in een woonwijk ontploft. Bij de coronacrisis, die ondertussen al een jaar gestaag voortkabbelt met upjes en downtjes, valt zoiets moeilijk vol te houden. Aangezien het feitelijke aantal besmettingen op maandbasis op dat moment lager lag dan het aanvankelijk voorspelde aantal per dag, is de urgentie inherent aan de term ‘noodsituatie’ eveneens met een elektronenmicroscoop te zoeken.

Verder dient een tijdelijke inbreuk op de grondrechten uit hoofde van zo’n uitzonderingssituatie noodzakelijk, effectief en proportioneel te zijn. Op al die punten valt wel het nodige af te dingen. Intussen is die avondklok ook niet zo tijdelijk meer als ons in eerste instantie voorgehouden was. Maar wat de beloftes van Rutte waard zijn, weet elke Nederlander die sinds jaar en dag duizend euro van hem hoopt te vangen.

 

Trapezeartiest

Al met al begrijp ik dus wel een beetje dat meneer Engel en z’n kornuiten weinig fiducie meer hebben in de onafhankelijke rechtspraak, ook al staan hun viruswaandenkbeelden verder haaks op de mijne. Ik moet bekennen dat ik even heb gekeken of de voorzitter van het gerechtshof toevallig Freisler heette, maar dat bleek vals alarm. Het zou mij nochtans niet verbazen wanneer wij in deze gedienstige adjudant een toekomstig minister van Justitie of vicevoorzitter van de Raad van State mogen begroeten. Voorganger Donner was ook al zo’n juridische trapezeartiest met een relativerende visie op rechtszekerheid. Aan de Kneuterdijk (what’s in a name?) hadden ze evenmin veel moeite met de manier waarop de fiscus vermeende fraudeurs met de kinderopvangtoeslag tackelde.

In de uitspraak van het gerechtshof wordt ook omstandig verwezen naar het advies van het Outbreak Management Team (OMT), dat ‘onder meer’ had geadviseerd om die avondklok in te voeren. In dat ‘onder meer’ zit ’m de crux. Het OMT heeft nog wel méér suggesties aangedragen, waaronder uitstel van de Tweede Kamerverkiezingen. Die dreigen immers, zoals iedere idioot geblinddoekt kan zien aankomen, op een superspreading event van jewelste uit te draaien. Maar deze geluiden worden door Rutte, die graag z’n premierbonus plus corona-opslag wil cashen, straal genegeerd.

Wél voert-ie in de aanloop naar de stembus nog gauw wat versoepelingen door teneinde twijfelaars te paaien. Om die natuurlijk, zodra hij opnieuw voor vier jaar carte blanche heeft, in no time weer terug te draaien, met de besmettingspiek in het kielzog van de verkiezingen als welkom excuus. Meest curieuze loot aan de stam is het gegeven dat de kappers hun deur weer voorzichtig op een kiertje mogen zetten. Misschien had mevrouw Van der Staaij, de wederhelft van de protestantse patroonheilige van alle verkrachters met een kinderwens, snibbig te verstaan gegeven dat haar zondagse hoedje niet meer over haar uitgegroeide knotje paste. Manlief Kees had, als gedoogpartner van Mark, immers ook voor elkaar gebokst dat de orthodoxe kerken van alle lockdowns gevrijwaard bleven.

 

Wondermiddelen

Ondertussen behelpt schrijver dezes zich knarsetandend met een antieke tondeuse. Ook een beetje uit zelfbescherming, want contactberoepen blijven vanzelfsprekend een risicofactor van formaat. Wat a fortiori geldt voor scholen. Maar zelfs Rutte erkent dat op dat front de grens van het menselijk incasseringsvermogen is bereikt.

De horeca zou ik persoonlijk in dit stadium ook nog niet het voordeel van de twijfel durven gunnen. Ik zie echter niet in waarom winkels, en wellicht ook sportscholen, niet veilig open zouden kunnen. Met een paar restricties, met name qua bezoekersaantal, maar niet uitsluitend op afspraak. Net als in België, waar winkels kennelijk als even noodzakelijk worden beschouwd als kerken. Misschien omdat ze daar geen Kees van der Staaij hebben. Of wellicht omdat ze in sommige buurlanden proefondervindelijk hebben ontdekt dat lockdowns en avondklokken niet de verhoopte wondermiddelen zijn om virusbesmettingen in te dammen.

Nog daargelaten dat het kabinet naar eigen goeddunken wel of geen gehoor geeft aan de adviezen van het OMT, kan het ten slotte nooit zo zijn dat zo’n instantie het laatste woord heeft over concrete stappen. Dat zou vergelijkbaar zijn met Milieudefensie de uitvoering van het stikstofbeleid toevertrouwen. Het OMT bekijkt coronagerelateerde kwesties door een strikt epidemiologische bril, wat tussen haakjes al lastig genoeg is met alle politieke pressie aan de ene kant én de meer dan mondige boze burger of ondernemer aan de andere.

 

Willekeur

De bitterste pil van die laffe uitspraak schuilt uiteraard niet in die avondklok als zodanig. Die zou sowieso wel overeind zijn gebleven, dankzij wat juridisch bandenplakwerk. Maar een pyrrusoverwinning heeft soms ook een gouden randje. Het meest verontrustende is dat de rechter in hoger beroep heeft bepaald dat alle burgerlijke grondrechten - wellicht op die verdomde godsdienstvrijheid na (het draait namelijk inderdaad om artikel 6 van de Str..., herstel: Grondwet) - op afroep voor onbepaalde tijd intrekbaar zijn door de overheid. Het enige wat die hoeft te doen, is verwijzen naar een ‘noodsituatie’. En aangezien dat begrip blijkens deze uitspraak zowel heel ruim als heel vaag kan worden ingevuld, of niet ingevuld, ben je op de keper beschouwd aan volslagen willekeur overgeleverd. Daar sta je dan, met je zogenaamde democratische rechtsstaat. Voor een ‘rechtsstaat’ van dit kaliber is bananenmonarchie nog te veel eer.

Ik heb daarom - hoe onverstandig ik het ook vind - stiekem wel enig begrip voor die sufgelockte jongeren die in het Vondelpark illegale feestjes bouwen, onder het fronsend oog van een politiestaat in statu nascendi. Je zou bijna zeggen: láát ze elkaar maar lekker besmetten. De risico’s zijn in die leeftijdsgroep te overzien. Bovendien worden ze zo sneller immuun dan wanneer ze, helemaal achteraan in de rij, tot sint-juttemis op een prik van die prutser met z’n malle vetkuif moeten wachten. Er kleeft alleen een levensgroot ‘maar’ aan: mits ze oppassen dat ze geen anderen, die kwetsbaarder zijn dan zij, besmetten. En daar zit ’m natuurlijk de kneep.

Het zal al met al nog wel even duren voordat we de coronacrisis te boven komen. Want één ding staat als een paal boven water: op déze manier krijgen we corona niet onder controle. Stemmen ga ik overigens pas wanneer ik m’n prik heb gehad én staatsbezit af ben. Aan de schone schijn ophouden in een dictatuur in disguise doe ik in elk geval niet meer mee.