5 mei voorbij

Eerlijk gezegd was ik óók niet zo in m’n sas met het 5-mei-offensief van Thierry. Alleen al omdat zijn geflyer mijn plannen doorkruiste om me die dag met een rouwband om de arm in het openbaar te vertonen. Daarnaast wekt het enige bevreemding dat uitgerekend deze wartaal spuiende idiot savant, racist in disguise en onverholen bewonderaar van Poetin, die een bedevaart naar Frankrijk ondernam om cryptofascist Le Pen senior een gesigneerd exemplaar van z’n proefschrift te overhandigen, zich opeens van de weeromstuit als een vurig pleitbezorger van de universele vrijheid ontpopt. Mij bekruipt dan eenzelfde unheimisch gevoel als wanneer een stel salafistische baardmansen, die onder IS-vlag christenen, joden, jezidi’s en meer liberale geloofsgenoten hebben vervolgd, op de bres springen voor het grondrecht om ongehinderd je eigen godsdienst uit te oefenen.

Omdat ik, in tegenstelling tot de Nederlandse politiek, geen fan ben van halve maatregelen, heb ik in één moeite door de verleiding weerstaan om de vlag op Bevrijdingsdag halfstok te hangen. Dit was trouwens (weer wél helemaal in lijn met de Nederlandse politiek) een puur hypothetisch voornemen geweest, aangezien ik als flatbewoner niet over een vlaggenstok beschik. Tegenover deze in schoonheid gesneuvelde snode plannen staat dat ik de avond daarvoor gewoontegetrouw de obligate twee minuten stilte in acht heb genomen. Waarbij ik maar niet speculeer over hoe de omwille van onze vrijheid gesneuvelden de huidige status quo zouden hebben beoordeeld. Want dat blijft, hoe je het ook bekijkt, een onbeantwoordbare vraag.

Het was daadwerkelijk een uitgestorven bedoening, die Dodenherdenking, in tegenstelling tot de reuring bij de Arena enige dagen daarvoor. Ditmaal had blijkbaar niemand zich geroepen gevoeld om de oproep om vooral niet present te zijn, te trotseren. Wat een aardige indicatie vormt van hoe de prioriteiten hier te lande liggen. Aan de coronamaatregelen als zodanig kan het niet hebben gelegen, want op de Dam was het minder druk dan bij het busstation onder mijn raam.


Spek en bonen

Op televisie zag ik dat Willem-Alexander zich steeds meer ontpopt als een corpulente versie van z’n opa, met z’n clochardachtige baardje en voorliefde voor alles wat onbeschoft hard gaat respectievelijk straffeloos afgeknald kan worden. Zijn moeder wist onder alle omstandigheden een zekere grandeur te bewaren. Het huidige staatshoofd en z’n eega stonden er voor spek en bonen bij, geflankeerd door een schuldbewust naar de straatstenen turende Femke en een premier die zo te zien zijn geheugen zojuist had gewist. Deden meer Nederlanders overigens, na de Bevrijding.

Ondertussen zette onze nationale lockdowncomedian Hugo de Slome de voor het tweede jaar op rij afgeblazen feestelijkheden kracht bij met de vermaning dat ons gedrag vooral niet mag ‘versloffen’ onder invloed van de eerste voorzichtige versoepelingen. Nu zit daar iets in, want van de vaccinaties moeten we het nog steeds niet hebben. Niet het minst dankzij Hugo zelf, die bij ieder signaal van een mogelijke bijwerking meteen met z’n legendarische eigen sloffen vol op de rem ging staan. De mogelijke bijwerking daarvan is weer dat we qua aantallen besmettingen eerder India achternagaan dan Engeland of Israël (voor de liefhebbers van statistieken: op peildatum 3 mei een kleine 1700 respectievelijk - schrik niet - 67). Diverse medische specialisten hebben uitgedokterd hoeveel extra sterfgevallen dat oponthoud heeft gekost. Maar volgens basisschoolmeester Hugo is dit allemaal onzin en kunnen die klojo’s niet rekenen. We weten onderhand wie het zegt.

Het zal dus nog wel even duren voordat ik m’n eigen prik in ontvangst mag nemen. Als ik dat überhaupt nog haal. Een week eerder kwam ik, dankzij een soepel onderonsje tussen de gestraalde kaders van de FNV en onze nationale veetransporteur (die tijdens de oorlogsjaren nuttige diensten bewees aan de bezetter), terecht in een méér dan overvolle trein. Toen ik eenmaal binnen was, kon ik niet eens meer naar buiten zonder over hoofden te klimmen. Vaak met het verplichte beflapje halfstok bovendien, anders krijg je de dagslok van de Starbucks zo lastig te bestemder plaatse.


Prikangst

Op de terrasjes en in de winkelstraten was het de eerste dag van de versoepelingen desondanks meteen gezellig druk als vanouds. Zodra iets eenmaal weer ‘mag’, vormt dat geheid de opmaat tot een soort collectieve bankrun. De zelfingenomen blikken van de Nederkarpatenkoppen op het terrasmeubilair spraken boekdelen. Ik was er lekker eerder bij dan jij, proost! Ook de hoogste baas van de met miljarden aan staatssteun in de lucht gehouden KLM nam alvast een voorschot op een goede afloop, door te bepleiten dat een aantal populaire vakantiebestemmingen van oranje naar geel of groen wordt afgeschaald als de lage besmettingsgraad ter plaatse dat toelaat. Zo kunnen de locals een graantje meepikken, en daarmee doel ik niet alleen op onze hogere welvaart. Op Curaçao hebben ze daar al ervaring mee.

Terwijl de mondiale distributie van het coronavirus is alle mogelijke mutaties loopt als een trein, wil het met die van vaccins niet erg lukken. Nederland is niet het enige land dat een aardige voorraad heeft opgepot. Dat het nodige op de plank ligt, komt tussen haakjes ook doordat het vaccinatietempo, na een kortstondige opleving, alweer snel tot een nieuw dieptepunt kelderde. Enerzijds door opzichtig falen van de GGD, die als ambtelijke organisatie pur sang al vóór aanvang de regie en het overzicht was kwijtgeraakt. En anderzijds dankzij de chronische prikangst van Hugo, die nog aanstekelijker bleek dan de meest besmettelijke virusvariant.

Misschien dat we daarom iets royaler met die overkill aan vaccins kunnen zijn jegens de minderbedeelden. Als die vaccins straks niet onbruikbaar zijn doordat de uiterste houdbaarheidsdatum is bereikt, is het wel omdat ze nauwelijks werkzaam blijken tegen de nieuwste lichting mutaties. En dan zijn we weer terug bij af. Dus als die KLM-meneer zo graag wil vliegen, lijkt een eskadron gesponsorde hulpvluchten richting India me een prima idee. Daar snakken ze naar een beetje lucht - letterlijk. Al laat ik daar eerlijkheidshalve op volgen dat de situatie misschien iets minder nijpend is dan het lijkt, aangezien ik tot op de dag van vandaag trouw word gebeld door mijn onvermoeibare vrienden van het Microsoft-filiaal in New Delhi.


Perspectief

Revenons à ces moutons. Moeten we blij zijn dat we in een vrij land leven of niet? Dat hangt ervan af vanuit welk perspectief je die vraag benadert. Als je de lockdown vergelijkt met de Duitse bezetting, en mondkapjes op één lijn stelt met Jodensterren, is het gevoel voor proporties compleet zoek. Om maar te zwijgen van gevoel voor betamelijkheid.

Als je niet de situatie tijdens de Tweede Wereldoorlog als ijkpunt neemt, maar de vrijheden die wij tot voor kort als vanzelfsprekend beschouwden, komen de kaarten iets anders te liggen. Dan kom je toch uit bij de vraag wat nog als een noodsituatie kwalificeert, wat in zo’n situatie wel en niet acceptabel is, en hoelang zo’n situatie mag duren. Dan is zo’n vergelijking wat minder direct en vergezocht, en eerder bedoeld om parallellen of mogelijke doemscenario’s te schetsen. Het minste wat je immers van een overheid in een vrij land mag verwachten, is dat die zo’n eventuele noodsituatie niet creëert, verergert, misbruikt of traineert. Ook dan blijft het verstandig om enige terughoudendheid te betrachten met historische vergelijkingen. Zeker zolang nog mensen leven die the real thing hebben meegemaakt.

Op één punt heeft Baudet een beetje gelijk: corona is, net als vogelgriep, inderdaad een ‘griepje’. Tenminste, als je een vleermuis respectievelijk een uilskuiken bent. Nu moeten virus en gastheer nog op elkaar ingespeeld raken. En dat gaat niet zonder slag of stoot. Met dik drie miljoen officiële doden (en in werkelijkheid beduidend meer) is COVID-19 nog niet zo’n killer als de pandemie van een eeuw geleden. Maar we zijn onderhand aardig op weg. Dat het virus geen boodschap aan grenzen heeft, is genoegzaam gebleken. Alleen met z’n allen kunnen we ervoor zorgen dat het niet zover komt.